Weg met de klassieke ideeënbus. 1000 dromen spreekt meer tot de verbeelding: Maar liefst duizend inwoners uit Roeselare en omstreken dropten een idee in de bus in het kader van 'Roeselare2030'. Je wordt er al meteen happy van. Inspirerend, interactief, participatief en creatief. Een idee om op straatniveau te realiseren?
ROESELARE - Maar liefst duizend inwoners uit Roeselare en omstreken dropten een idee in de bus in het kader van 'Roeselare2030'. Nu wordt alles verwerkt tot een debat.
Midden januari gaf burgemeester Luc Martens (CD&V) de aftrap voor Roeselare 2030, een project waarbij inwoners hun ideeën en dromen van hoe ze Roeselare zien in het jaar 2030, konden doorgeven aan de stad. 'Daarvoor trokken veertig ambassadeurs de hort op. Ze spraken voorbijgangers of hun eigen vrienden en kennissen aan om te brainstormen over hun dromen en wensen voor Roeselare in 2030', vertelt coördinatrice Evelien Cneut. 'Mensen konden ook hun ideeën droppen in een ideeënbus, zowel online als in het stadhuis. In totaal leidden die beide acties in zes weken tijd tot ruim duizend ideeën.'
De stad legde geen beperkingen op. De zotste ideeën waren welkom (zie kader). 'Het is uiteraard niet de bedoeling dat al die ideeën worden uitgevoerd. Zo is een monorail voor onze stad absoluut niet realistisch. Het gaat om wat er achter zit: het mobiliteitsprobleem en een rustigere stad.'
Slotdebat
Cneut zal nu samen met de ambassadeurs alle ideeën samenleggen. 'Zoals het er nu naar uitziet, zullen we de ideeën in vier grote thema's kunnen opdelen: rust en zuurstof, ontmoetingsmogelijkheden, genieten en ontspannen en zich thuisvoelen in de stad. Dat laatste gaat dan vooral over mogelijkheden tot sport en ontspanning.'
Die vier thema's zullen centraal staan tijdens het slotdebat op 28april in het stadhuis. 'Geen debat onder politici of adviesraden, maar een debat waar elke burger aan mag deelnemen. De bedoeling is om op het einde met concrete voorstellen te komen, die we aan het nieuwe stadsbestuur van na oktober 2012 zullen voorleggen.'
(rdh * De Standaard - 15 maart 2012)